dinsdag 16 juni 2015

Het verhaal achter een roze kan

= Het niet-zo-roze-verhaal achter een roze kan = 


Met inkopen komen we op de mooiste plekjes...zo waren we laatst in een klein gehuchtje bovenop een berg. We parkeerden de bus in een wei en keken zo het dal in. De ochtendzon kwam voorzichtig te voorschijn en het grauwe dal kleurde geel en groen. De mistbanken hingen nog rondom de bosjes en hagen. Kijk, dat zijn van die momenten dat je jezelf even nét iets gelukkiger waant.

Maar helaas het kan niet altijd zo mooi zijn. Zo waren we laatst op een winderig parkeerterrein, omgeven met een grote betonnen muur een kantinegebouw en fabriek. Tsja...mooi is anders, maar vooruit we waren hier om in te kopen. Dus vol goede moed stapten wij richting de eerste kraampjes. We waren vroeg, enkele verkopers waren aanwezig maar het gros moest nog verschijnen. Al snel zagen we dat deze markt niet veel ging brengen voor ons. Veel kleren en een erg hoog 'Xenos-gehalte'. Dat was balen....daar sta je dan zo vroeg voor op.

Totdat er meer verkopers kwamen en we her en der toch iets leuks aantroffen. En opeens, Ruud zag het van ver, een wel heel bijzondere roze kan.

Deze kan had 'iets'. Was ie mooi of lelijk? Door haar sierlijke vorm en roze kleur is de kan erg vrouwelijk, van de andere kant, de grijzige afbeeldingen van 2 'ruige' mannen in uniform zorgden voor een stoere touch. De onderkant maakte de kan nog mooier. De kan was Maastrichts!
En als verzamelaar van Maastrichts aardewerk maakt je hart dan toch even een sprongetje.


De kan kon natuurlijk niet blijven staan, want ik moest en zou weten wie die mannen waren. 
Vroeger werd vaak het koningshuis afgebeeld, maar dit leken mij geen lieden van het Nederlandse koningshuis.... Wie waren dit dan wel?

Gelukkig bestaat er dan zoiets als Facebook. Binnen 'no-time' wisten we het antwoord. 
De ene zijde was Paul Krüger, president van de Zuid-Afrikaansche Republiek (ofwel Transvaal). 
De andere zijde was Piet Joubert, vice-president van Transvaal. Hij was eveneens generaal van de 'boere' tijdens de twee boerenoorlogen. 

In 1877 werd Zuid-Afrikaansche Republiek geannexeerd door Engeland. Ai, daar waren de inwoners, veelal vrijgevochten en van Nederlandse komaf, niet blij mee. Krüger ging hoogstpersoonlijk naar Engeland om te onderhandelen. Zonder resultaat. 



Het gevolg was de eerste Boerenoorlog (1880-1881) Deze twee mannen stonden aan het hoofd van het verzet tegen de Engelsen. De eerste oorlog werd door de 'boeren' gewonnen, 
Toen in laten jaren goud werd gevonden in Zuid-Afrika, leidde dit ertoe dat er weer meer aandacht was voor Zuid-Afrika. Weer ontketenden de Engelsen een oorlog, de tweede boerenoorlog. 
(1899-1902) Deze oorlog was zwaarder. De Boeren vochten met ca. 83.000 man tegen een Brits overmacht van 450.000 à 500.000 getrainde soldaten. 
Dat de boeren kansloos waren moge duidelijk zijn. 

Hoewel deze oorlog zich meer dan 100 jaar geleden afspeelde is de verontwaardiging onder de (blanke) bevolking in Zuid-Afrika en Namibië nog steeds groot. 
De Engelsen hadden namelijk in deze oorlog iets nieuws 'uitgevonden': Concentratiekampen.
Mannen, vrouwen, kinderen, personeel, etc. Iedereen met 'boerenbanden' werd vastgezet.
ongeveer 50.000 (!) mensen stierven van de honger en ziekte. 

Een concentratiekamp

Krüger vertrok in 1900 naar Europa, om medestanders te zoeken. Hij werd in Den Haag met veel applaus ontvangen. Helaas was zijn tocht langs verschillende staatshoofden vruchteloos. Hij vond nergens steun. Uit liefde voor zijn vaderland liet hij zijn ernstig zieke vrouw achter in Zuid-Afrika. Zij overleed toen Krüger was vertrokken. Krüger zelf werd in Europa eveneens ziek en vastigde zich op verschillende plekken met 'gezonde lucht', o.a. in Hilversum. Of hij zich in Europa thuis voelde is maar de vraag. Hij liet zijn geliefde geboorteland in de steek net nu ze hem nodig hadden. Hij was nors en altijd slordig gekleed. Hij had veel ontzag voor de Afrikaanse natuur en die vond hij niet in het gecultiveerde Nederland. Het huidige Krügerpark is ooit door hem gesticht als eerste reservaat werd niet gejaagd mocht worden. Ontredderd, overleed hij enkele jaren later in Zwitserland. Een treurig einde voor een groot leider. 

Overigens werden de boeren die doorvochten ná het vertrek van Krüger "bittereinders" genoemd. 
De naam spreekt voor zich, vechten tot het bittere einde....




groepsfoto van Boeren tijdens de 2e oorlog

De andere heer, Piet Joubert, was in eerste instantie opperbevelhebber / generaal van de Boeren. Echter, zijn fysieke gesteldheid en een te groot apathisch vermogen deed hem besluiten te stoppen. hij overleed 2 dagen na zijn aftreden in 1900 aan buikvliesontsteking. Hij was slim en sluw. Een goede organisator, maar de wreedheden van de oorlog kon hij emotioneel niet dragen. Hij was erg defensief en ging weinig over tot de aanval. Een groot generaal was hij niet, maar hij werd geroemd vanwege zijn inlevingsvermogen en organisatorisch talent.


Uiteindelijk verloren de Boeren de strijd tegen de Engelsen en werd de kaapkolonie Engels. het grootste deel van de boeren was echter al gevlucht of verbannen en op die manier verspreid door zuidelijk Afrika. Pas veel later, rond 1920 kwam men voorzichtig weer terug ''huistoe".

Tot slot, de hoofdrolspelers waren de Britten tegen de Boeren. Maar het grondgebied was Zuid-Afrika en daar woonden natuurlijk ook inheemse bevolking. Lange tijd zijn zij, zeer onterecht, vergeten. Ongeveer 20.000 van hen kwamen te overlijden in concentratiekampen, bijvoorbeeld omdat ze in dienst waren op boerenbedrijven die in handen waren van Nederlandse kolonisten. Zij waren de dupe van een oorlog waar ze niet voor gekozen hadden....

Het is duidelijk dat de kan werd gemaakt ter nagedachtenis aan de twee heren en aan de oorlog. Maar wij moeten ons beseffen dat deze kan ook een politiek statement was. de Britten waren immers de winnaar van de oorlog en in Nederland werden de verliezers letterlijk op deze kan gelauwerd.
Benieuwd wat daar de reactie op was...